vrijdag 5 augustus 2016

Cannoli


Zomervakantie in Nederland valt niet mee. Warme dagen van 25 graden of meer zijn zeldzaam, ik heb er slechts 1 geteld want mijn drie warme Italiaanse dagen vielen helaas samen met enkele warme Amsterdamse dagen. Wisselvalligheid troef en dan is kokkerellen een uitkomst. Dus aan de slag met Siciliaanse cannoli die al jaren op mijn lijstje stonden. Cannoli zijn gefrituurde hoorntjes van wafeldeeg waarvoor je voor een goed resultaat cannolibuisjes nodig hebt. Ursula Ferrigno heeft een recept zonder deze buisjes maar daar had ik weinig vertrouwen in. Wel in haar vulling met pistachenoten. Dus eerst naar Duikelman en dan aan de slag met het deeg zoals beschreven in mijn Siciliaanse kookboek van Mary Taylor Simeti. De recepten in dit boek kloppen vaak wel goed en dat was ook nu weer het geval. Het deeg is voldoende voor ongeveer 20 cannoli. De vulling op basis van 1 bakje ricotta voor ongeveer 10 cannoli. Een paar cannoli raakten los tijdens het frituren of werden te donker. Een ervaren cannolibakker heeft dus aan de helft van het deegrecept zeker voldoende.

Ingrediënten voor het deeg
225 gram 00-bloem
2 eetlepels suiker
Mespunt zout
½ Theelepel bakpoeder
¼ Theelepel kaneel
1 eetlepel cacao
1 eierdooier
1 dl marsala
50 gram boter

Ingrediënten voor vulling 1
125 gram ricotta
30 gram gekonfijte sinaasappelschil, fijngehakt

Ingrediënten voor vulling 2
125 gram ricotta
1 eetlepel suiker
25 gram pure chocolade
30 gram gepelde pistachenoten, fijngehakt
Geraspte schil van een citroen
½ Theelepel vanille-essence
Snufje kaneel

Verder nodig
Beetje gesmolten boter
Frituurolie
Poedersuiker
Cannolibuisjes

Bereiding
Meng de bloem met de suiker, het zout, het bakpoeder, de kaneel en de cacao. De cacao mag je ook weglaten voor lichtere cannoli. Roer de eierdooier erdoor en daarna de marsala. Snijd de boter in stukjes en kneed ze door het deeg. Kneed totdat er een glad, elastisch deeg ontstaat.
Verwarm de frituurolie tot 180 °C. Zorg ervoor dat je minimaal 5 cm olie hebt. Iets meer frituurt gemakkelijker.
Verdeel het deeg in twee stukken en rol het zo dun mogelijk uit. Zoek een bakje of schoteltje met een doorsnee van 10-12 centimeter. Leg dit bakje op het deeg en snijd zo cirkels uit.
Vet de cannolibuisjes in met wat gesmolten boter. Wikkel een cirkel deeg om het buisje en maak het deeg vochtig met behulp van een kwastje water op de plek daar waar het deeg overlapt. 
Druk met je vinger het deeg voorzichtig maar goed op elkaar. Dit is belangrijk om te voorkomen dat bij het frituren de belletjes van de marsalawijn ervoor zorgen dat de cannoli losraken.
Frituur de cannoli met buisje en al in de olie. Gebruik hiervoor een mandje zodat de cannolo niet de bodem raakt en van 1 kant te snel zwart wordt. Doe er maximaal twee tegelijk. Als de cannolo bruin wordt, dit gaat vrij snel, de cannolo laten uitlekken op keukenpapier en even laten afkoelen. 

Met behulp van een doekje kun je al vrij snel het buisje verwijderen en opnieuw gebruiken.
Vul de volledig afgekoelde cannoli met behulp van een spuitzak, een paletmesje of koffielepel met de ricottavulling naar wens en bestrooi ze met poedersuiker.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten